Wonen in Brugge: leven in een decor van UNESCO-werelderfgoed

Wonen in Brugge: leven in een decor van UNESCO-werelderfgoed
Wonen in Brugge: leven in een decor van UNESCO-werelderfgoed

Voor veel mensen klinkt het als een droom: wonen op een plek waar anderen naartoe gaan voor hun vakantie. Brugge is met zijn middeleeuwse straten en historische panden absoluut een plaatje om te zien. Maar er daadwerkelijk wonen is toch net even anders dan een weekendje weg. Je wordt elke dag wakker in een prachtige omgeving, maar je krijgt ook te maken met de praktische kanten van een stad die een enorme trekpleister is. Het vraagt om een bepaalde instelling, maar als je de gebruiksaanwijzing eenmaal kent, krijg je er een hoge levenskwaliteit voor terug.

De twee gezichten van de stad

Het is geen geheim dat het centrum overdag behoorlijk druk kan zijn. Zeker in de zomermaanden deel je de straten met bezoekers uit de hele wereld. Toch ervaren bewoners hun stad heel anders. Zodra de avond valt en de bussen met dagjesmensen vertrokken zijn, keert de rust terug in brugge en zijn de straten weer van de locals. De stad verandert dan in een intiem en bijna dorps geheel. Je leert als bewoner snel de sluiproutes kennen om de drukte in de winkelstraten te vermijden en weet precies op welke tijdstippen je waar moet zijn.

Kies de juiste wijk

Als je op zoek gaat naar een woning, is de locatie bepalend voor je woonplezier. Wonen rondom de Markt is prachtig, maar ook prijzig en lawaaiig. Veel 'echte' Bruggelingen kiezen daarom voor de wijken net daarbuiten, maar nog wel binnen de ring. Sint-Anna en Sint-Gillis zijn hier goede voorbeelden van. Dit waren vroeger de volksbuurten, maar ze zijn uitgegroeid tot geliefde, rustige woonwijken. Hier vind je nog de authentieke sfeer zonder de constante stroom toeristen. Als je je afvraagt wat te doen in Brugge in je vrije tijd, zit je vanuit deze wijken alsnog binnen vijf minuten op een terras of in het park.

Prijzen en strenge regels

De huizenmarkt in de binnenstad is, zoals je kunt verwachten, niet goedkoop. Voor een gerenoveerd pand met een tuintje of terras betaal je een stevige prijs. Veel huizen zijn bovendien beschermd stadsgezicht. Dit zorgt voor die prachtige uitstraling, maar betekent ook dat je niet zomaar mag verbouwen. Wil je dubbel glas, zonnepanelen of een nieuwe gevelkleur? Dan krijg je te maken met strenge regels van de dienst Monumentenzorg. Zoek je meer ruimte voor je geld en een grotere tuin, dan ben je vaak aangewezen op de randgemeenten zoals Assebroek of Sint-Michiels.

De fiets is je beste vriend

Vergeet de auto als je in het centrum gaat wonen. Het stratenplan stamt uit de middeleeuwen en is simpelweg niet gemaakt voor modern verkeer. Parkeren is duur en schaars, en veel straten zijn eenrichtingsverkeer. De fiets is hier het absolute koningsmiddel. Je bent overal binnen een kwartier en hebt geen last van files. Wel moet je even wennen aan de ondergrond. Fietsen over de kasseien (kinderkopjes) is een rammelende ervaring die niet iedereen kan waarderen. Gelukkig investeert de stad veel in fietsvriendelijkheid, waardoor het voor bewoners toch de makkelijkste optie blijft.

Gemoedelijk en veilig

Wat wonen hier extra fijn maakt, is de sociale controle en de veiligheid. Het tempo ligt hier net wat lager dan in drukke steden als Antwerpen of Brussel. Mensen nemen de tijd voor elkaar en het sociale leven speelt zich veelal af in de lokale kroegen en bij de bakker. Het voelt vaak als een groot dorp waar mensen elkaar groeten op straat. Daarnaast zijn de Vlamingen echte bourgondiërs. Goed eten en drinken is hier de standaard, dus je hoeft nooit ver te zoeken voor vers brood of een goed glas bier.

 

reacties op dit blog (0)

* = verplicht (e-mailadres wordt niet gepubliceerd)